woensdag 22 mei 2013

Een 'Indische' connectie


Wat wist mijn moeder over het verloop van de oorlog in Nederlands Indië? Er werd natuurlijk geluisterd naar de radio en er waren de gewone kranten. Wat stond daarin? Ik tik 'Javazee' in als zoekterm in het digitaal krantenarchief van Gorcum. Niets. 'Java' dan? In het Nieuwsblad voor Gorinchem en omstreken van 6 maart 1942 staat het 'Buitenlandsch overzicht' van 2 maart 1942. Japan is op drie plaatsen op Java geland en ook de slag in de Javazee komt aan bod:















Ik betwijfel of mijn moeder zich op dat moment druk heeft gemaakt over het verloop van de oorlog in Indië. Ze maakte zich zorgen over haar broers, dat zeker, maar ze wist niet waar die precies zaten. Buiten dat is me altijd opgevallen dat haar focus lag op haar eigen gezin. Ze deed de hele oorlog lang haar uiterste best om Theo (en later ook Frieda) netjes in de kleren te houden en – belangrijker nog – om hen voldoende te eten te geven. Ook zelf probeerde ze er ondanks alles goed uit te zien. Na de oorlog vroeg ze zich af waarom ze zich daar 'in vredesnaam' zo druk over had gemaakt en nam ze zich voor om een volgende keer 'gewoon een deken om te slaan'. Toch verbaast het me niet. Goed voor jezelf zorgen is een manier om je waardigheid te behouden. Juist als die je is afgenomen, kan dat extra belangrijk worden.

In Nederlands Indië zijn de consequenties van de Japanse inval, nu ook op het bestuurscentrum Java, enorm. Zo’n 330.000 Westerse burgers en 89.000 militairen (Nederlands, maar ook o.a. Ambonees en uit geallieerde landen) worden na de capitulatie op 8 maart 1942 geïnterneerd. Mijn familie kreeg daar niet mee te maken, dacht ik. Maar dat blijkt onjuist. Een broer en een zus van Door – mijn oma Nieuwstad – woonden allebei met hun gezin in Indië. Ooms en tantes van mijn vader, die hij zich misschien alleen herinnerde van toen hij klein was. Voor mijn moeder waren het vreemden. Maar voor Door niet: zij moet zich wél zorgen hebben gemaakt toen ze vanaf maart 1942 geen contact meer met hen kon krijgen.















In de fotocollectie van Arnold jr. zit deze foto. Peter (van Jan) heeft een vage variant, maar met namen erbij: v.l.n.r. zien we oom Cor, ene Mien van Leeuwen, tante Annie en Door. Het staande jongetje moet mijn vader zijn. Cor Ran en Annie van Loenen trouwden op 28 september 1922 in Haarlem. Ze zijn allebei onderwijzer. Bij zijn huwelijk is Cor 30 jaar. Deze foto kan rond die tijd genomen zijn, of iets vroeger.

Via Peter en Rienus (van Jan, rechts onder op de foto) heb ik het mailadres gekregen van één van de dochters van oom Cor en tante Annie: Tineke Ran. Ze is 81 jaar en woont in Australië. Haar oorlogservaringen zijn van haar en komen hier niet aan bod. Ik beperk me tot de feiten, voor zover ik die kan achterhalen. 



zondag 12 mei 2013

Waar blijft de Heemskerck?


In de staat van dienst van Gerrit staat, dat hij het Oorlogsherinneringskruis kreeg met de gesp ‘Krijg ter Zee 1940-1945’ en de gesp ‘Java Zee 1941-1942’. Die gesp kreeg je vast niet door te laat te komen voor de slag in de Javazee, wat ik eerder over de Heemskerck schreef. Hoe zit dat?

Nu maar meteen een degelijke bron geraadpleegd: Ph. M. Bosschers driedelige ‘De Koninklijke Marine in de Tweede Wereldoorlog’, uit 1986. In deel 2 en 3 staat informatie over het verloop en de nasleep van de slag, die zo desastreus eindigde. De Heemskerck vertrekt op 25 februari 1942 uit Trincomalee met munitie voor de Britse schepen. Onderweg volgt een concrete order: naar Tjilatjap. In de nacht van 1 op 2 maart zijn ze daar nog 12 uur vandaan.

In de dagen daarvoor is hevig gevochten om Japan te beletten met een invasievloot van 30 transportschepen op Java te landen. Begin 1942 is ABDACOM gevormd: American British Dutch Australian Command onder Britse leiding. Gezamenlijke oefeningen zijn niet aan de orde, ze moeten meteen aan de bak. Begin februari vormt ABDACOM een Striking Force onder schout-bij-nacht Karel Doorman, die onder de Nederlandse vlootvoogd Helfrich valt. Vanaf 20 februari is de Striking Force actief rond Java. Japan blijkt sterk en heeft luchtoverwicht. Op 26 februari is duidelijk dat Japan aan land wil gaan op Oost Java.






uitsnede kaart Indische archipel, Bosscher deel 2, pagina 354


Doormans doel is de Japanse transportvloot. Maar waar zit die vloot? Bovendien heeft hij luchtsteun nodig om Japan aan te kunnen. Die vraagt Doorman herhaaldelijk, maar krijgt hij niet. In de nacht van 26 op 27 februari is Doorman op zoek naar de Japanners, maar vindt hij ze niet, mede omdat verkenningsberichten niet of sterk vertraagd doorkomen. In de ochtend van de 27e krijgt Doorman van Helfrich de order om aan te vallen. Rond 16.00 uur barst een gevecht los waarbij de Kortenaer en de Electra verloren gaan; de Exeter raakt beschadigd en draait af. Andere schepen volgen, wat niet de bedoeling is. Dat is het moment waarop Doorman seint: ‘All ships follow me’. Zo weet hij de kruiserlinie te herstellen.

Intussen is de Japanse transportvloot om 17.00 uur verkend, maar Doorman krijgt de locatie pas om 19.30 uur door. Hij probeert waarschijnlijk, met of zonder informatie, tussen de transportvloot en de landingslocatie te komen. Daarbij loopt de Jupiter op een (geallieerde) zeemijn. Zijn eigen schip, HM De Ruyter, wordt rond 23.30 uur getroffen, vrijwel tegelijk met de Java. Doorman gaat op 28 februari om 1.00 uur met zijn schip ten onder. Waller, ‘second in command’, besluit kort daarna terug te trekken.

Een klein deel van de vloot was beschikbaar gehouden voor een eventuele Japanse aanval op West Java. Die vijf schepen ontkomen naar Ceylon. Vier Amerikaanse jagers bereiken via de straat van Bali het Australische Fremantle. Maar zes andere geallieerde schepen gaan nog verloren: de Evertsen, de Houston en de Perth in Straat Soenda – de route waarlangs ze naar de Indische Oceaan willen ontsnappen –, de eerder beschadigde Exeter, geëscorteerd door de Encounter en de Pope nog voordat ze Straat Soenda hebben bereikt.

Doorman heeft achteraf veel kritiek gehad. Oók van Gerrit Versluijs, vertelt zijn zoon. Gerrit vond dat Doorman had moeten wachten op versterking van o.a. de Heemskerck. Doorman was het duidelijk met Gerrit eens dat hij versterking nodig had, vooral in de vorm van tijdige inlichtingen en luchtsteun. Maar die kreeg hij niet. Wel kreeg hij - van Helfrich - de niet mis te verstane order om aan te vallen op de 27e, met schepen uit vier verschillende landen, die nog nooit samen hadden geopereerd en die al verschillende dagen (en nachten) actief waren in het gebied.









de Heemskerck in camouflagekleuren, maritiemdigitaal.nl


Waar blijft de Heemskerck? Die heeft in de nacht van 1 op 2 maart de order gekregen om terug te keren. Volgens Bosscher wordt de kruiser op de ochtend van 2 maart verkend door een Japans vliegtuig, waarna er 9 bommenwerpers verschijnen. Salvo’s van de Heemskerck hebben geen effect: de bommenwerpers zitten te hoog. Maar de bommen hebben ook weinig effect: de Heemskerck weet ze te ontwijken. Volgens Bosscher was het schip op 6 maart terug op Ceylon. Volgens Gerrits zoon voer de Heemskerck daar via Australië heen. Dan moet de kruiser erg snel geweest zijn, want op de heenweg had hij vier dagen nodig gehad om Nederlands Indië te bereiken.