donderdag 26 januari 2012

Tante Cor

Het valt niet mee om de chronologie vast te houden. Waar komt Dries – uit post 35 – opeens vandaan? Voor mij is hij ‘oom Dries’ en ik ken hem als een klein mannetje met lachende ogen. Hij was beslist niet de eerste aanbidder van Gera, die volgens mijn moeder altijd ‘veel aftrek’ had. Maar hij kreeg haar. Vandaar misschien die lachende oogjes.
Andries Elkerbout, geboren in 1898, trouwde op 14 februari 1929 met Gerardina Versluijs. Hij was kleermaker. Hun dochter Berta (Bep) wordt op 3 september van datzelfde jaar geboren. Een trouwfoto is er niet, wel een foto van baby Bep.
















De familie Elkerbout was in 1903 naar Gorcum gekomen, dus Dries zat in Gorcum op school. Gera en Dries wonen kort in de Gasthuissteeg, maar verhuizen op 3 maart 1930 naar de Visserslaan (een zijstraat van de Vissersdijk).











Gera en Dries kenden elkaar waarschijnlijk vooral van de Gorcumse gymvereniging OKK (Oefening Kweekt Kracht). Dries kon geweldig turnen, hoorde ik van Bep, hij mocht al heel jong meedoen met de senioren. Dat had ik niet achter hem gezocht! In de fotocollectie van Bep zitten schitterende foto’s van een soort ‘opvoeringen’. Hieronder zit Gera linksonder, Dries is denk ik de vierde man van links. Mijn moeder was ook lid van OKK, maar daarvan zijn geen foto’s bewaard gebleven.

Op haar zestiende werd mijn moeder dus ‘tante Cor’. Haar nichtje was haar dierbaar; ze hielden altijd contact. Bep heeft nog een foto waar ze als klein meisje samen met haar moeder en tante (met hoed) op staat. Waarschijnlijk is die foto genomen in het Dalemse veld.

donderdag 19 januari 2012

Een andere link met Leendert

Bij toeval stuit ik in het digitaal krantenarchief op een mogelijke verklaring van de tijdelijke liefde voor zwemmen van mijn moeder. Zelf zag ik haar zelden in badpak. Deels omdat ze waarschijnlijk vond dat zoiets haar niet meer flatteerde, maar zeker ook omdat ze niet zo dol was op zwemmen. Toch vertelde ze altijd dat ze vroeger na haar werk graag naar het zwembad ging. Indertijd lag dat in de Merwede, niet ver van haar huis. Ze had altijd commentaar op de gebreide badpakken van die tijd. In droge toestand ging het nog, maar eenmaal nat raakten ze uit model.

Leendert lijkt de link. Hij moet goed hebben kunnen zwemmen, want begin 1933 wordt hij lid van de Reddingsbrigade. Hij schopt het van penningmeester tot voorzitter, en organiseert o.a. medische cursussen voor eerste hulp bij ongelukken. Dokter De Zwaan geeft die cursussen in een oefenlokaal aan de Zustersteeg. Kosten: 50 cent. Mijn moeder volgt zo’n cursus. In februari 1934 haalt ze haar diploma. Tegelijk met Leendert.


Zijn er zwembadfoto’s? Niet in onze collectie, maar wel in die van tante Gera. Ik herken er niemand op.


Tussen de foto’s van Bep zit wel een andere ‘zwemfoto’, volgens Bep genomen op een strandje in Woudrichem. Wanneer? En door wie? Misschien wel door Leendert. Bep is geboren op 3 september 1929. Op deze foto schat ik haar op een jaar of vier. Mijn moeder poseert zorgvuldig, wat doet vermoeden dat ze graag op haar voordeligst op de foto komt.

vooraan Gera en Bep, achter Cor, Kees en Dries
De heren zijn niet in zwempak (zwembroeken had je toen nog niet). Dat is vreemd. Misschien kwamen ze pas later, of hadden ze zich alweer verkleed.  

dinsdag 10 januari 2012

Witte alpinopet

De eerste grote liefde van mijn moeder was - dachten wij - een goed bewaard geheim in onze familie. Ze was met hem verloofd en spaarde al voor een uitzet toen het plotseling ‘uit’ was. Een pijnlijke geschiedenis, waarover bij voorkeur werd gezwegen. Niettemin werden diverse onderdelen van de uitzet in haar latere huwelijk in gebruik genomen. Waren het de theelepeltjes, of toch de gebaksvorkjes?

De geheimzinnige verloofde kreeg bij mijn bezoekjes aan neven en nichten al snel een naam: Leendert Burghoorn. Nicht Bep had zelfs een foto van het verloofde paar. Daarop trekt mijn moeder niet alleen een raar mondje - wat haar blijkbaar toen al lastig te fotograferen maakte -, maar draagt ze ook een witte alpinopet. Ooit, toen ik zelf een zwarte had aangeschaft, vertelde mijn moeder dat zij vroeger een witte had gehad. Ze had daar duidelijk goede herinneringen aan. Dat ze zich met die pet op had verloofd met Leendert, vertelde ze er niet bij.
Wij kenden alleen het beroep van de verloofde: goudsmid. Mijn zus heeft nog een ragfijn gouden hangertje, dat hij voor zijn vriendinnetje Cor had gemaakt.















foto ca. 1933


Met de zoekterm Leendert Burghoorn kom ik een heel eind in het krantenarchief. De familie Burghoorn komt uit Schoonhoven naar Gorinchem. Vader Burghoorn heeft een functie in het leger. Leendert is de oudste zoon, geboren in 1912. In maart 1929 komt hij van de ambachtsschool, afdeling smeden en machinebankwerken. Mogelijk ging hij daarna nog naar de Zilverschool in Schoonhoven. Dat is niet meer te achterhalen.
Het gezin Burghoorn woont in ‘Zandvoort’, in de Elsje van Houweningenstraat.  Dichtbij het kantoor van De Vries Robbé, én dichtbij het huis van de familie Nieuwstad. In april 1939 verlooft hij zich met Cootje van der Leeden uit Leerdam. Op 17 mei 1940 - als de oorlog net is begonnen - overlijdt hij na een auto-ongeluk. Hij was pas 28 en werkte als constructietekenaar bij De Vries Robbé. In het Nieuwsblad voor Gorinchem en omstreken staat op 22 mei 1940:


Hoe lang hebben Leendert en Cor verkering gehad? Ik vermoed van 1930 tot ongeveer 1935. Neef Cees (van Frits) vertelde dat mijn moeder altijd met zijn moeder, Cor van den Berg, ‘Hoogstraat-Langendijk’ wilde lopen om Leendert maar tegen te komen. Ze was érg verliefd. Cor van den Berg kende Frits sinds 1927, en Frits ging in oktober 1929 bij de marine. Zijn vriendinnetje bleef alleen achter in Gorcum. Mijn moeder was toen 16 jaar. In 1937 duikt mijn moeder op in een fotoalbum dat is gemaakt door mijn vader.

Dat sparen voor de uitzet had nog heel wat voeten in de aarde. Cor droeg haar loon immers volledig af aan haar ouders. Uiteindelijk trekt ze de stoute schoenen aan en vraagt een deel voor zichzelf.