donderdag 28 april 2011

Gerrit en Jannigje krijgen een gezicht

Dat mijn moeder weinig foto’s van vroeger had, wil nog niet zeggen dat er geen foto’s bestaan. Mijn moeder hechtte niet zo aan foto’s en hield erg van 'ruimen'. Niet meer nodig? Weg ermee! Misschien zaten haar zus en broers anders in elkaar. Ik neem contact op met hun kinderen, mijn neven en nichten. Hebben zij nog foto’s van vroeger?

Mijn oudste nicht, Bep, de dochter van Gera Versluijs, heeft een schat aan foto’s. De foto’s van Cees Versluijs, de zoon van Frits, vullen die op onderdelen aan. De dochter van Gerrit jr. brengt een doos met oude foto’s mee, waarin opnieuw verrassingen zitten. En de zoon van Kees jr. tovert een kinderfoto van zijn vader met een van zijn zussen (mijn moeder? Of Gera?) tevoorschijn (en meer). Eerst maar eens de oudste generatie een gezicht geven.  

Hier zijn ze dan: mijn overgrootouders Gerrit en Jannigje Versluis, op de foto  met hun zoons Cornelis (mijn opa, links achter op de foto) en Bastiaan. Ik zie ze op deze foto voor het eerst.


















Hoe oud zullen ze zijn? Ik schat de zoons op een jaar of 40, opoe en opa zouden dan rond de 65 moeten zijn. En waar is de foto genomen? Ik doe een gok. In de tuin van Du Croo stonden theehuizen. Dit zou best zo’n theehuis kunnen zijn. Bastiaan leek op zijn moeder, zie ik, en Cornelis op zijn vader. Had opoe een lang gezicht, zoals mijn moeder altijd zei? Wel een beetje, zo te zien.

Daar kon opoe natuurlijk niets aan doen. Maar ja, zei mijn moeder, als ze dan eens naar buiten ging, zette ze tot overmaat van ramp een oude, vrij hoge hoed op die haar gezicht nóg langer maakte. Die hoed werd elk jaar geverfd, want een nieuwe kon er niet af. Mijn moeder moest dan mee en schaamde zich voor haar opoe die ook nog overal een praatje maakte. Een vriendin van haar had een opoe met een schattig wit mutsje. Met zo’n opoe kon je ‘voor den dag komen’.

Toch hield ze natuurlijk veel van opoe, die haar kleinkinderen graag wat geld toestopte voor snoep. Gera beschrijft in Oud Gorcum Varia 22 hoe dat ging. Van mijn moeder hoorde ik hetzelfde. ‘Opa ging altijd vroeg naar bed om half negen want die moest ’s morgens vroeg naar melkes. Hij sliep in de bedstee en legde zijn broek er naast op een stoel. Als opoe dacht dat hij sliep zei ze tegen mij: Zus ga eens zachtjes naar zijn broek en probeer zijn portemonnaie er uit te krijgen en dan moet je er wat kleingeld uithalen (……) De andere dag zat opa ’s avonds in zijn portemonnaie te kijken en zei: ik dacht dat ik meer geld had. Jij kan zooveel denken zei opoe dan’ (p. 175).

Verjaardagscadeaus lieten de kinderen Versluijs altijd eerst aan opoe zien. Dat hoorde erbij, anders was je niet echt jarig, vertelde mijn moeder. Bijvoorbeeld een keer een stoommachientje. Dat vloog in brand bij opoe op de kachel. Opoe in paniek, natuurlijk. Of het cadeau daarna nog werkte, vertelt het verhaal niet. Maar ik weet het wel. Want dit stoommachientje staat bij Cees Versluijs, de zoon van Kees jr., op de kast. Volgens zijn vader was het afkomstig van de Tinekeshoeve. Het was een keer gerepareerd. Mogelijk voor de ‘brand’, om het cadeau te kunnen geven. Mogelijk erna. Hoe dan ook: het werkt nog steeds, Cees heeft dat proefondervindelijk vastgesteld.









Later vind ik bij toeval deze advertentie in het Nieuwsblad voor Gorinchem en omstreken van 7 november 1924.  Kees Versluijs is van 1885. Hij was in 1924 dus 39 jaar. Het lijkt erop dat de foto van Gerrit en Jannigje ter ere van hun 40-jarig huwelijksfeest is genomen, bij de Tinekeshoeve. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten